Hoe schrijf je een inleiding?

Hoe schrijf je een inleiding?

Vaak wordt een inleiding niet erg serieus genomen bij het schrijven van een werkstuk, verslag of scriptie. Veel mensen zien het schrijven van een inleiding als een noodzakelijk kwaad dat zo snel mogelijk gedaan moet worden. De inleiding is echter enorm belangrijk voor een stuk. Je kunt een inleiding zien als een visitekaartje voor de rest van het stuk. De inleiding geeft een eerste indruk af aan de lezer. Een tekst met een slechte inleiding wordt, bewust of onbewust, een stuk kritischer gelezen dan een tekst met een goede inleiding.

Onderdelen inleiding

Een inleiding moet aan een aantal eisen voldoen. In de inleiding leidt je, zoals de naam al zegt, je onderwerp in. In het begin van je inleiding bespreek je kort wat algemene informatie over het onderwerp waarover je schrijft. Het is belangrijk dat je dichtbij jouw specifieke onderwerp blijft en niet teveel informatie geeft die niet relevant is voor de rest van je stuk. Met andere woorden: je bakent het onderwerp af.

In dit korte stukje beweeg je naar de aanleiding voor je verslag of onderzoek is. Je geeft aan wat je gaat onderzoeken en waarom het belangrijk is dat je dit onderzoek gedaan wordt. Het is hierbij belangrijk dat je de lezer overtuigt met enkele sterke argumenten gebaseerd op feiten. Let erop dat je hier nog niet je specifieke onderzoeksvraag noemt.

Nadat je de relevantie van je onderzoek hebt aangegeven, vertel je kort wat de huidige stand van zaken is rond jouw specifieke onderwerp. Wat is er al onderzocht rond jouw specifieke onderwerp en wat nog niet. Het doel van dit deel van de inleiding is dat je laat zien waar er nog informatie ontbreekt. Aan het einde van de inleiding geef je aan wat de specifieke doelstelling en onderzoeksvraag van het onderzoek is.

Schrijven van de inleiding

De oplettende lezer is al opgevallen dat de onderdelen van een inleiding steeds specifieker worden. Je schrijft een inleiding via de trechtermethode. Dit houdt in dat je breed begint en smal eindigt: van algemene informatie over het onderwerp naar specifieke onderzoeksvragen. Voor de lezer is dit een prettige opbouw. In tegenstelling tot jijzelf, is de lezer niet thuis in het onderzoek dat je hebt verricht of gaat verrichten. Via de trechtermethode laat je de lezer rustig kennis maken met het onderwerp en ga je langzaam over naar erg specifieke informatie.

Het is verder belangrijk dat de inleiding één geheel is. Een inleiding bestaat uit verschillende onderdelen, maar deze moet je zo vloeiend mogelijk in elkaar over laten gaan. Voorkom het gebruik van tussenkopjes.